Dit reisverslag is in blogvorm, dus het recentste verslag staat eerst.
Wil je chronologisch lezen, klik dan op de respectievelijke hoofdstukken in de rechterkolom.
Ik hoop voor jullie evenveel genot tijdens het lezen als wij tijdens het reizen hadden.

zaterdag 20 april 2013

Saint-Omer**

Wat kan er nog boeien tussen twee hoogtepunten zoals les deux caps en Louvre-Lens, en dan nog in een streek waarvan ik vroeger dacht dat ze ietwat mistroostig maar vooral saai was. Gebrek aan kennis is meestal de boosdoener.
Daarom mijn twee sterretjes bij de titel. De groene noemt deze dus vaut le détour. Dat past precies in ons schema. We maken een een ommetje.

Ontbijt.
Een echte château zal er zich niet aan bezondigen een ontbijtbuffet voor z'n gasten klaar te zetten. Meestal hoor en lees ik dan de reacties dat die franse ontbijten karig zijn. Ik denk dat franse gastheren gruwen van gasten die zich op een dergerlijke dis storten ze komen het liever persoonlijk tussen je lippen stoppen.

We beginnen met jus d'orange ou jus de pamplemousse? Het doet er niet echt toe wat je beslist, de ober vindt dat je ofwel een sinasmens of eerder een pompelmens en bediendt je naar eigen inzicht.
Café, café au lait, thé, chocolat chaud, het komt er allemaal aan. Maar eerst drie glaasjes zoetigheden.
We denken dat die van de kar van après-desserts van gisteren komen: riz condé met passievruchtencoulis, panna cotta met rode vruchten en, le maître gaf het een mooiere naam, gecondenseerde melk ingedikt met boter en suiker geparfumeerd met chicorei. Op de nuchtere maag heeft een welsh er niets aan.
Uitaard volgen nog croissant-chocoladebroodje-appelbroodje en pain grillé met honing-confituur-chocopasta (alles enkelvoud en met -tje)

Ijskoud is het nog als we de auto instappen. Zo koud dat je beter de gloeikaarsen goed hun werk laat doen want de dieselmotor heeft even moeite. Mevrouw gps wil ons naar de péage sturen, maar dit gaan we even anders doen. We nemen de départementales met rontondes naar het centrum van Saint-Omer.


We bezoek eerst een museum, maar daar heb ik het in een later item over.
 In de groene gids staat een korte stadswandeling.


Net als wij het oude jezuïtencollege passeren zijn de lessen gedaan. De beleving wordt totaal.
"Hé monsieur joe teek foto de mie?"



Op het einde van de rue Saint-Bertin de ruïnes van de abdij Saint-Bertin en faubourg nord.




De gids heeft het over 'flaneren over de quai des Salines' maar dat werkwoord gebuik ik toch eerder in een andere omgeving.



We keren terug via de winkelstraat. Het is middag, alles wat niet met voeding te maken heeft gaat dicht en het is hier muisstil. Bevreemdend.




Mooie bakkerij met de schaduw van l'hôtel de ville of l'hôtel du Bailliage.



We eindigen onze stadswandeling in de Notre-Dame met een indrukwekkend interieur.



Rubens.


Notre-Dame des Miracles, voor een open gordijntje moeten hier waarschijnlijk in september zijn.


H.Erkembode waar men schoentjes van kinderen die moeilijk leren lopen achterlaat.


Forse orgelkast.


Kaartje van de wandeling:


meer foto's

Geen opmerkingen:

Een reactie posten